Beschrijving

In Over filosofie onderzoekt Kant de aard en het doel van filosofie zelf. Hij beschouwt filosofie niet als een verzameling feiten of meningen, maar als een systematische onderneming die de grenzen van het menselijke denken verkent. Filosofie probeert niet alleen kennis te vergaren, maar ook de voorwaarden en mogelijkheden van kennis kritisch te onderzoeken. Kant benadrukt dat filosofie dient te functioneren als een gids voor het menselijke verstand. Ze stelt vragen over metafysica, ethiek, epistemologie en esthetica, maar doet dat altijd met het oog op helderheid, systematiek en rationele consistentie. Filosofie is volgens Kant een discipline die het denken aanscherpt en helpt onderscheiden wat legitiem te weten is van wat speculatie blijft. Tegelijkertijd legt Kant de nadruk op de praktische waarde van filosofie: ze bevordert kritisch denken, moreel inzicht en het vermogen om overtuigingen en handelingen te toetsen. Over filosofie toont zo hoe filosofie zowel een theoretische als een praktische rol vervult, en waarom het begrip van haar aard essentieel is voor een verantwoord en bewust leven.