Beschrijving

Het boek vertelt het levensverhaal van Johan Museeuw, van zijn allereerste koers in Zevekote tot zijn triomf als wereldkampioen in Lugano. Aan de hand van lange, informele gesprekken met Museeuw zelf, biedt de auteur een uniek inkijkje in de persoon achter de legende. Truyers laat Museeuw zelf reflecteren op zijn carrière—hoogtepunten én moeilijkheden—en haalt herinneringen op aan zijn eerste overwinning en hoe hij zich ontwikkelde tot toprenner.

De structuur is grotendeels chronologisch maar zeer persoonlijk: Museeuw spreekt vrijuit over zijn ervaringen in de Ronde van Vlaanderen, Parijs‑Roubaix en andere klassiekers, waarbij hij emoties, tactieken en karakter onthult. Het verhaal eindigt met zijn wereldtitelwinst in Lugano en vormt zo een meeslepend portret van de “Leeuw van Vlaanderen”, die zijn carrière vanuit eigen perspectief reconstrueert.