Beschrijving

Het boek introduceert het begrip Mahāmudrā, een centrale leer in het boeddhistische Tibetaanse ­traditie die verwijst naar de directe ervaring van de aard van geest en werkelijkheid. Hazenbosch beschrijft hoe Mahāmudrā voorbij alle concepten ligt en hoe het inzicht dat beoefenaars nastreven niet iets is wat gecreëerd hoeft te worden, maar onthuld wordt als wat altijd al aanwezig was. Het legt uit dat deze weg niet primair bestaat uit het volgen van regels of rituelen, maar uit het loslaten van ideeën over jezelf en de wereld. In het middelste deel wordt ingegaan op de praktische benadering: háár manier om jezelf en je geest te observeren, hoe je de gewoontepatronen van denken en verlangen kunt herkennen en loslaten, en hoe stilte, meditatie en juiste houding hierin rol spelen. Hazenbosch toont hoe het loslaten van gehechtheid, oordeel en dualistisch denken de ruimte opent voor de ervaring van zuiver bewustzijn — een staat die noch subject noch object is, maar erváárd wordt als fundamentele vrijheid. Tenslotte reflecteert het boek op de implicaties van deze ervaring voor het dagelijks leven: wat gebeurt er met hoe je handelt, leeft en ziet wanneer je geest een open ruimte is en je niet meer gevangen bent in vastzitten aan zelfbeelden of angst voor verlies? Hazenbosch suggereert dat deze levenshouding zich vertaalt in mededogen, helderheid, en een natuurlijke vrede — niet als resultaat van prestatie, maar als uiting van wat al is.