Beschrijving

De raadselachtige Rilke, de poseur, de mysticus, de dichter van onovertroffen sonnetten en de laatste grote briefschrijver van de Europese literatuur heeft een voortreffelijk biograaf gekregen: Wolfgang Leppmann.

In dit boek wordt het leven van Rilke geschetst als dat van een zoekende kunstenaar: geboren in Praag, opgevoed in een militaire omgeving, maar al vroeg gegrepen door poëzie en innerlijke drang. Zijn reizen, zijn relaties — onder meer met Lou Andreas‑Salomé — én zijn confrontatie met maatschappelijke en geestelijke verwachtingen vormden de voedingsbodem voor zijn latere werk.

Het midden van de biografie zoomt in op Rilkes ontwikkelingsproces: zijn verblijf in Parijs, de invloed van beeldhouwer Auguste Rodin, de dramatische omwentelingen tijdens en na de Eerste Wereldoorlog, en de groei naar een dichter die niet enkel observeert maar transfigureert wat hij ervaart. Zijn poëzie — zoals de “Dinggedichte” — toont hoe het ‘binnen’ in het ‘buiten’ transformeert, en hoe het mystieke en het concrete elkaar ontmoeten.

In de slotfase gaat het boek in op Rilkes latere jaren — de voltooiing van de Duineser Elegien, zijn verblijf in Zwitserland, en hoe hij overstijgt wat hij is geworden: een dichter die de menselijke existentie, het tijdelijke en het eeuwige, het eenzame en het verbonden-zijn bezingt. Het eindigt met een reflectie op zijn nalatenschap: hoe Rilkes werk generaties inspireert en hoe zijn zoektocht naar „het absolute“ relevant blijft in onze tijd.