Beschrijving

In Vervreemding en Bevrijding onderzoekt Kees Struyker Boudier de impact van moderne filosofische stromingen op de menselijke ervaring, met name in relatie tot vervreemding en bevrijding. Hij richt zich op de invloed van denkers zoals Herbert Marcuse, Jean-Paul Sartre en Maurice Merleau-Ponty, en plaatst hun ideeën binnen een fenomenologisch kader. Het boek is opgebouwd uit drie delen die elk een aspect van deze thematiek behandelen. Het eerste deel biedt een globale confrontatie tussen het maatschappij-kritisch denken van Marcuse en de fenomenologische benaderingen van Sartre en Merleau-Ponty, bekeken vanuit het perspectief van de wijsgerige antropologie. In het tweede deel wordt deze confrontatie verdiept door het probleem van het kwaad te onderzoeken, waarbij Sartre’s existentialistische visie wordt tegenovergesteld aan Marcuse’s kritische theorie. Het derde deel richt zich op wetenschapskritiek, waarbij Merleau-Ponty’s fenomenologische benadering wordt gebruikt om Marcuse’s ideeën te analyseren. Hoewel Struyker Boudier zelf niet expliciet zijn eigen positie binnen dit spanningsveld formuleert, blijkt uit zijn benadering een voorkeur voor de existentieel-fenomenologische wijze van filosoferen. Het boek biedt geen systematische opbouw van een moderne antropologie, maar dient eerder als een inleiding tot de wijsgerige antropologie, met een focus op de dynamiek tussen vervreemding en bevrijding in de moderne tijd.